Het is zover: de dag van de zonsverduistering. We hebben nog even getwijfeld, maar zijn toch afgereisd naar Frankrijk. We vertrokken om kwart over twee in de nacht. Onderweg opvallend veel Nederlanders die ons inhaalden, maar druk was het zeker niet. Zodoende waren we na een vlotte reis al om half zeven  ter hoogte van Compiegne, op een parkeerplaats naast de snelweg. Onderweg was het bewolkt en soms wat miezerig. Toen we op de parkeerplaats aankwamen klaarde het wat op en konden we even de Zon zien. Na een half uurtje trok het weer helemaal dicht. Na een slaapje bleef het maar bewolkt en donker. Alleen in het oosten leek het iets lichter. Via de wereldomroep hoorde we dat het in Reims iets opklaarde. We besloten van de snelweg af te gaan en richting Reims te gaan rijden. We gingen bij Roye van de snelweg en reden richting Noyon. Deze plaats stond overal aangegeven als “Noyon route eclipse”. Deze borden volgden we, maar kwamen tot de ontdekking dat deze bordjes richting donkere wolken voerden. We besloten van de weg af te gaan richting wat lichtere lucht. Zo stonden we langs een landweggetje te hopen dat de lucht zou breken. In afwachting voetbalden we wat. Rond elf uur zagen we de Zon door de wolken heen komen en zo tien over elf zagen we de Maan rechts boven in de Zon binnendringen.

Ik denk dat we hier tot half twaalf gestaan hebben en zagen toen wel dat het hier niet zo zou blijven. We gingen weer op pad op zoek naar een lichter stukje lucht. Onderweg zagen we veel mensen staan, sommige met sterrenkijkers. Tijdens het rijden zagen we zo af en toe de Zon en de Maan door de wolken heen komen.

Vanwege de bewolking konden we zonder eclipsbril naar het schouwspel kijken. Regelmatig stonden we even stil om te kijken, maar nergens zag het er naar uit, dat het lang goed zou blijven. Een donkere lucht bleef ons maar achtervolgen, zodat we steeds moesten zeggen:”Kom, instappen en verder”. We zagen wel steeds een opklaring, maar die wilde maar niet dicht genoeg bij de Zon komen en de tijd begon te dringen. Om tien over twaalf dacht ik nog:”Dat redden we nooit”. We bleven maar rijden en zagen door de wolken heen de sikkel van de Zon steeds kleiner worden. Het was een prachtig gezicht en het werd stiller en kouder. De sfeer werd een beetje spookachtig, omdat de wolkenlucht steeds donkerder werd. Uiteindelijk kwamen we op een plekje, waar we dachten:”Hier moet het lukken”.

We zaten nu dicht bij de opklaring, die we steeds in het oog hadden en waar de ingeslagen weggetjes precies naar toe leiden. Er stonden hier meer mensen, zoals we overal mensen zagen staan. Nog een paar minuutjes en dan zou het gaan gebeuren. De sikkel werd kleiner en kleiner. Het was nu flink schemerig en blad stil. De vele zwaluwen, die we steeds gezien hadden, waren nu weg. Je voelde gewoon dat het nu echt ging gebeuren. En dan ineens, binnen luttele seconden, wordt het ineens donker en is de verduistering een feit. Iedereen begint te gillen en te roepen. Het is overweldigend. De Zon is zwart met een lichtkrans er omheen. Ongeveer twee minuten duurt de verduistering en dan komt er weer licht.



Dit eerste licht geeft een onbeschrijfelijk mooie gloed. Het is roze en diffuus. Ik had  niet gedacht dat het zo indrukwekkend zou zijn. Na een tijdje is het weer gewoon licht en zijn Zon en Maan weer verdwenen achter de wolken. We zijn blij dat we precies op het goede moment op de goede plaats waren. Waar we precies allemaal gereden hebben weten we niet. Het dichts bijzijnde dorpje waar we de totale verduistering hebben gezien is Villequieraumont, tussen Chauny en Tergnier. We nemen wat stenen en grond van deze plek mee naar huis. Onderweg terug stoppen we nog eenmaal om naar de Zon en Maan te kijken en dan gaan we met heel veel anderen op weg naar huis. Vanwege de enorme drukte doen we er tweemaal zolang over als over de heenweg, maar dat maakt ons niets meer uit.

Klik op een nummer voor een verslag van anderen 1  2  3  4


Zonsverduistering 11 augustus 1999